Als onderdeel van het Waddenfondsproject Waddenmozaïek hebben onderzoekers van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ), Rijksuniversiteit Groningen en de Universiteit Utrecht een nieuw experiment met bomenriffen van perenhout geplaatst in de permanent overstroomde delen van de Waddenzee. Al na enkele maanden blijken deze riffen al te barsten van het leven. Algen, zeepokken, mossels, mosdiertjes, zakpijpen en anemonen overgroeien het hout, en de hoeveelheid vis rond de rifjes is vijf keer hoger dan op het naastgelegen zand.
Tegenwoordig is de wadbodem overwegend zandig. Harde ondergronden zoals drijfhout, veenbonken, en stenen kwamen vroeger veelvuldig voor in de Waddenzee en vormden een fundament voor rifbouwende soorten zoals mossels en oesters. Deze riffen vormden op hun beurt een belangrijke leefomgeving voor talloze soorten vis, krabben en garnalen. In de afgelopen eeuwen zijn deze natuurlijke harde substraten geleidelijk aan verdwenen door het indammen van rivieren, doordat vissers ze verwijderden, en doordat ze onder het zand verdwenen.
Gerooide perenbomen
In het huidige experiment hebben onderzoekers drie meter hoge riffen gemaakt van gerooide fruitbomen, als vervanging van drijfhout dat vroeger in grote hoeveelheden vanaf de rivieren de Waddenzee in dreef. “Tot onze verrassing blijken de bomenriffen al zes maanden na de plaatsing ware hotspots van biodiversiteit geworden. Mosdiertjes, mossels, anemonen en zeepokken bedekken het hout van de hogere delen van de riffen, terwijl macroalgen vooral aan de basis voorkomen,” aldus Jon Dickson, onderzoeker bij het NIOZ.
Een fijne plek voor grotere dieren
Deze algen en filterdieren vormen met de boomriffen een schuilplaats en foerageergrond voor vissen zoals meun, grondels, steenwijting en paling. Metingen tonen dat er gemiddeld vijf keer meer vis tussen de riffen voorkomt in vergelijking met de naastgelegen zandige bodem. Bovendien worden er op de riffen meer soorten gevonden en zijn de vissen groter. Op de riffen leven ook veel meer steurgarnalen, een belangrijke voedselbron voor verschillende vissoorten. Ook werden er grotere aantallen zeehonden geobserveerd rond de riffen.
De resultaten tonen dat de bomenriffen op een effectieve manier een stabiele driedimensionale structuur in de waterlaag brengen waardoor de biodiversiteit wordt verhoogd. Natuurmonumenten en Stichting De Rijke Noordzee zijn allebei enthousiast over deze eerste bevindingen. Quirin Smeele van Natuurmonumenten zegt: “We zijn verrast door de effecten die de bomenriffen al na een paar maanden hebben. Met name de sterke toename in vis is boven verwachting.” Christiaan van Sluis van de Rijke Noordzee vult aan: “Deze resultaten maken de bomenriffen mogelijk ook tot een interessante herstelmaatregel voor de Noordzee. Biodiversiteitsherstel is daar hard nodig.”
In het schema hieronder zie je de verschillen binnen en buiten het rif. Bij het rif zie je meer soorten en hogere aantallen. Links: binnen en rond de riffen. Rechts: controlemetingen elders in de Waddenzee. Figuur: Jon Dickson, NIOZ.