De Eems-Dollard is een uniek natuurgebied: het is een van de laatste plekken in Nederland waar zoet rivierwater en zout zeewater samenkomen. Wel zijn de rivieren Eems en Dollard sterk aan banden gelegd door bedijking, waardoor ze niet meer natuurlijk buiten hun oevers kunnen treden en slib kunnen afzetten. Ook wordt er regelmatig gebaggerd om de vaargeul bevaarbaar te houden voor grote schepen richting de Eemshaven, Delfzijl en Duitsland. Hierdoor is het natuurlijke karakter van het gebied veranderd. Slibdeeltjes blijven rondzweven in het water en er wordt te veel slib uit de Noordzee geïmporteerd, met negatieve gevolgen voor de ecologie in het gebied.
Enkele weken geleden is dit gebied in het kader van Waddenmozaïek onderzocht door een team van twaalf wetenschappers, vrijwilligers en bemanningsleden. Opstappunt was de Eemshaven, waar het NIOZ-onderzoeksschip Navicula lag aangemeerd. Hoe deze bemonsteringscampagne in zijn werk is gegaan, kun je lezen in het volgende verslag.
Aan boord van de Navicula
Bij aankomst in de Eemshaven doet het uitzicht niet direct denken aan een UNESCO-natuurgebied: een horizon met een grote energiecentrale en veel industrie, met brede rookpluimen die de lucht wit tekenen. Het schip Navicula is een opvallende verschijning in de haven, naast de vissers- en baggerschepen. Op deze plek lijkt natuur ver weg.
Maar als de crew aan boord is en de Navicula de haven uitvaart, gloort het vertrouwde uitzicht van de Waddenzee. De zilte lucht kom je tegemoet, eidereenden drijven op het water en sterns vliegen door de lucht achter het schip aan, hopend op een lekker hapje. Het wordt laagwater en het wad aan weerszijden van de geul valt langzaam droog. Gedurende de dag steekt een flinke wind op, die de golven in het gebied opstuwt. De Navicula is speciaal gebouwd voor de Waddenzee, wat betekent dat ze een vrij platte onderkant heeft en ondiep in het water ligt. Hierdoor rolt het schip heen en weer op de golven. Even later komen grote hoeveelheden regen naar beneden. Maar de crew werkt hard door.
Sediment happen met de boxcorer
De crew onderzoekt het ondergedoken wad met behulp van een boxcorer, die een hap uit het sediment neemt. De boxcorer wordt achter het schip gehangen en zakt door de gewichten erboven de wadbodem in. Dit sediment wordt vervolgens aan boord gebracht. Er wordt een 3D-scan gemaakt van de box en er wordt sediment verzameld voor verdere analyse in het lab. De rest van de inhoud wordt gezeefd op een grote zeeftafel totdat alle bodemdieren en harde substraten achterblijven, zoals schelpdieren, wormen, schelpen en stenen. Sommige organismen zijn duidelijk zichtbaar, anderen zijn te klein om met het blote oog te kunnen zien. Alles wat overblijft na het zeven, wordt naar het lab gestuurd, waar alle organismen worden geïdentificeerd en geteld.
Verrassende vondsten
Het sediment in het Eems-Dollargebied is divers. Sommige boxen zijn voornamelijk gevuld met zand. Geregeld zitten er bolletjes klei door het sediment. Ook worden meerdere keren oude veenlagen gevonden, waarin de plantenresten nog duidelijk zichtbaar zijn. Andere keren is de geur van rottende eieren al duidelijk te ruiken voordat de box goed en wel op het dek staat; dan weet je dat de box vol modder zit.
Ook bij het zeven is het elke keer weer een verrassing wat je vindt. Soms blijft na het spoelen alleen een klein hoopje kapotte schelpen over. Andere keren worden veel Amerikaanse zwaardschedes gevonden, een invasieve exoot die de afgelopen decennia sterk in aantallen is toegenomen in de Waddenzee. Vaak zitten er ook levende inheemse bodemdieren in het sediment, zoals nonnetjes, strandgapers, wormen en riffen van schelpkokerwormen en mosselen. Ook zijn er bijzondere vondsten, zoals boormosselen die zich hebben ingeboord in het sediment en zo perfecte cirkels hebben gevormd in het veen. En een paardenanemoon en hydropoliepen, waarin waarschijnlijk piepkleine Amphipoda (vlokreeften) leven.
Unieke schoonheid
’s Avonds gaat de Navicula voor anker in de Waddenzee. Als de zon is ondergegaan, is op het dek de stilte indrukwekkend. Zelfs in dit druk bevaren gebied, met in de verte de lichten van de industrie op het vasteland, heeft de zee een stilte die je niet aantreft op het vasteland. De afwezigheid van geluid wordt versterkt door de duidelijk zichtbare sterren, het rustige deinen van het schip op de golven, de zeelucht, de afwezigheid van andere mensen en een gevoel van natuurlijkheid dat je alleen op zee vindt. Dit gebied heeft nog altijd iets natuurlijks en bijzonders. Waar natuurlijke dynamiek nog grotendeels de boventoon voert. Een unieke schoonheid die we moeten koesteren.
Beter begrip voor beter beheer
Gedurende deze week op zee zijn in totaal op 146 punten happen uit het sediment genomen. De meeste punten worden vanaf de Navicula gedaan, sommige punten die te ondiep liggen voor het schip, worden bemonsterd vanaf een kleine rubberboot. De laatste dag is een vreemd besef: dit was het laatste veldwerk om het ondergedoken wad in kaart te brengen. Hopelijk is dit niet de laatste keer dat er op deze manier onderzoek wordt gedaan en zal deze methode een vast onderdeel worden van de biodiversiteitsmonitoring van de ondergedoken Waddenzee.
Dit ecosysteem zullen we binnenkort beter begrijpen dankzij het project Waddenmozaïek. Zodat niet alleen voor het droogvallende wad, maar ook voor het ondergedoken wad goede beheersmaatregelen kunnen worden getroffen om dit unieke ecosysteem te behouden en herstellen. Zodat de Waddenzee met recht UNESCO-werelderfgoed kan blijven worden genoemd, als unieke plek voor vele soorten.
De foto’s hiernaast geven een indruk van het bemonsteren met de boxcorer en van de verschillende vondsten.